Slag aan de Somme

Slag aan de Somme: grootste veldslag van de Eerste Wereldoorlog

De Eerste Wereldoorlog kende een aantal zeer bloedige confrontaties, maar geen enkele was zo groot als de Slag aan de Somme in 1916. Tegen het verlies van honderdduizenden soldaten veroverden de Britten en de Fransen aan de Somme in vierenhalve maand tijd zo’n tien kilometer grond op de Duitsers. De eerste dag van de slag is, met 60.000 Britse slachtoffers, tegenwoordig nog steeds de meest dodelijke dag in een oorlog.

Plannen voor een slag

Eind 1915 besloten de leden van de Entente - Frankrijk, Groot-Brittannië, Rusland en Italië - dat 1916 het jaar moest worden dat Duitsland definitief verslagen werd. Om dit te bereiken bedachten de vier landen om het Duitse Keizerrijk van drie kanten aan te vallen, waarbij Rusland in het oosten een grote aanval zou lanceren, Italië in de Alpen zou toeslaan en Frankrijk en Groot-Brittannië in de loopgraven van het Westfront een doorbraak zouden forceren.

Verdun

De Fransen moesten bij deze aanval in het noordwesten van Frankrijk het leeuwendeel van de troepen leveren, maar de Duitse aanval Verdun op 21 februari 1916 gooide roet in het eten. Frankrijk kon door deze aanval niet zoveel militairen afstaan als oorspronkelijk gepland was, waardoor het grootste deel van de soldaten die nu aan de Somme gingen vechten van Britse afkomst was. Het doel van de slag veranderde ook van het forceren van een definitieve doorbraak naar het verminderen van de Duitse druk op Verdun.

Bloedige eerste dag

Het plan van de Fransen en de Britten werd daarop om over een dertig kilometer breed front tussen Arras en Albert aan te vallen. Deze aanval werd voorafgegaan door een acht dagen durend artilleriebombardement van de Britten en de Fransen op de Duitse stellingen dat begon op 24 juni 1916. In de ochtend van 1 juli werd dit bombardement gevolgd door de ontploffing van een aantal zware mijnen, waarna 750.000 Franse en Britse soldaten uit hun loopgraven klommen en richting de Duitse linies stormden. Het artilleriebombardement had echter in het noordelijke deel van de aanvalssector niet het gewenste effect gehad en de Britse troepen werden daar opgewacht door een spervuur van Duitse machinegeweren. De Britten verloren hierdoor op de eerste dag bijna 60.000 man, waarvan 20.000 soldaten sneuvelden. Het 1st Newfoundland Regiment en de Tyneside Irish Brigade hadden het vooral zwaar te verduren en werden bijna compleet weggevaagd. In het zuidelijke deel van de aanvalssector hadden de Fransen meer succes. Zij veroverden enkele kleinere plaatsjes en namen ruim 3.000 Duitse soldaten krijgsgevangen.

Pozières

Nadat de overlevenden van de eerste dag weer terug waren gekeerd in hun loopgraven kozen de Britten ervoor om in de eerste tien dagen van de slag slechts enkele kleinere aanvallen uit te voeren. De Fransen daarentegen zetten hun succes voort en waren op 10 juli al tien kilometer doorgedrongen in Duits grondgebied, waarbij zij 12.000 soldaten krijgsgevangen hadden genomen en de gehele hoogvlakte bij Flaucourt hadden veroverd. Op 14 juli behaalden de Britten ook enkele kleinere overwinningen in de Slag bij de Bazentin heuvelrug. Dit werd gevolgd door de verovering van het dorpje Pozières door twee Australische divisies op 23 juli 1916.

Eerste tanks

In augustus en de eerste helft van september 1916 gebeurde er weinig aan het front rond de Somme. Op 15 september lanceerden de Britten echter een grote aanval in een laatste poging om een doorbraak te forceren. Bij deze Slag bij Flers-Courcelette werden voor het eerst in de geschiedenis tanks ingezet, die ondanks hoge verwachtingen maar weinig succes opleverden. In de laatste twee maanden van de Slag aan de Somme vorderden de Britten maar langzaam en na Slag bij de Ancre tussen 11 en 18 november kwam er door slecht weer en hevige sneeuwval na vierenhalve maand een einde aan het Somme-offensief.

Hindenburglinie

Uiteindelijk veroverden de Britten en de Fransen bij de Slag aan de Somme van zo’n twaalf kilometer gebied op de Duitsers. De Britten verloren hierbij ongeveer 420.000 soldaten en de Fransen hadden zo’n 200.000 slachtoffers te betreuren. Aan de kant van de Duitsers sneuvelden ruim 470.000 militairen. De Duitsers trokken zich na de Slag aan de Somme terug naar de ‘Hindenburglinie’, waardoor hun front korter werd en zij minder soldaten nodig hadden om hun gebied te verdedigen. Hoewel de strijd aan de Somme geen duidelijke winnaar opleverde, deden de Britten en de Fransen in deze slag waardevolle ervaring op, op het gebied van Duitse tactieken, het gebruik van artillerie en het aanvallen van vijandelijke loopgraven, die hen twee jaar later in staat stelde de Eerste Wereldoorlog als overwinnaars af te sluiten.

Ook interessant: 

Rubrieken: 

Landen: 

Tijdperken: 

Onderwerpen: 

Covers OA

Iedere maand meeslepende en prachtig geïllusteerde verhalen over de geschiedenis van Amsterdam.

Ga mee op ontdekkingstocht naar archeologische vindplaatsen in binnen- en buitenland!

De wieg van de Zijderoute

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 4 april 23:59 u. een abonnement.

Meld je nu aan voor onze nieuwsbrief. 

Piet Hein

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 4 april 23:59 u. een abonnement.

Lees het eerste jaar Geschiedenis Magazine extra voordelig én kies een welkomstcadeau!