John Smith in Jamestown

Kolonisten van Jamestown: mythe & harde werkelijkheid

Op 28 juli 2015 maakten Amerikaanse wetenschappers de ontdekking én identificatie van vier lichamen bekend. Het gaat om vier vroege leiders van Jamestown, één van de eerste kolonies in Noord-Amerika. De Amerikanen zijn enthousiast vanwege de vondst van deze vroege kolonisten. Amerikanen zien deze kolonisten als de basis van Verenigde Staten van Amerika zoals we die tegenwoordig kennen.

Snel na de Spaanse ontdekking van Amerika in 1492 werd het proces van kolonisatie van de Nieuwe Wereld in gang gezet. Zuid-Amerika werd vrij snel verdeeld onder Portugezen en Spanjaarden. Engelse ontdekkingsreizigers loerden echter al sinds 1497 op Noord-Amerika. Britse ondernemers zagen kansen in Noord-Amerika en richtten handelscompagnieën op. Deze compagnieën ontvingen ‘charters/ monopolies’ voor een bepaald gebied op het ontdekte continent. De charters gaven toestemming tot kolonisatie.

Koninklijke toestemming

Een dergelijk charter bracht de Virginia Company in 1607 naar de huidige Amerikaanse staat Virginia. De eerste nederzetting, Jamestown, werd de eerste succesvolle Britse poging tot kolonisatie op het nieuwe continent. Het land beloofde rijke oogsten en de compagnie vestigde de kolonie met een duidelijke wens om winst te maken. Echter, de werkelijkheid was weerbarstiger. Het moederland was een maandenlange reis verwijderd van de kolonie. De 104 kolonisten stonden er in feite alleen voor. En dat brak de kolonisten ernstig op.


Hoe verliep het met de kolonie Jamestown na het huwelijk van Pocahontas en John Rolfe? In Geschiedenis Magazine 2 van 2022 vertelt Joke Kardux hoe de verhoudingen tussen de Powhatan en de kolonisten waren na het huwelijk. Meer weten? Neem nu een abonnement!

Bestel nu


Een vijandig milieu

Na een redelijk voortvarend begin sloeg de situatie in de loop van 1607 om. In hoog tempo werd er op een strategische plek een fort gebouwd at het begin van de kolonie Jamestown zou worden. Maar al snel kwamen de kolonisten er achter waarom de omgeving onbewoond was. De moerassige grond was te slecht om goede landbouw te bedrijven. Wel was de zompige rivieroever een paradijs voor insecten en de kolonisten vormden een waar feestmaal voor de insecten. De locatie vlak bij een riviermonding, betekende ook dat er veel zout water vanuit zee de rivier in stroomde. Het brakke water was daardoor vrijwel ondrinkbaar.  

Tot overmaat van ramp kwamen de kolonisten aan in een periode van ongekende droogte. Dendrologisch onderzoek aan het eind van de twintigste eeuw heeft uitgewezen dat het huidge Virginia in de periode tussen 1606 en 1612 getroffen werd door de grootste droogte in zevenhonderd jaar. Het gebrek aan regenwater verergerde de drinkwaterproblemen in de kersverse kolonie.

Dat de kolonisten pas in mei 1607 aankwamen maakte de situatie niet beter. Het was te laat in het jaar om nog gewassen te planten die in het najaar geoogst konden worden. Sowieso hadden de meeste kolonisten weinig tot geen ervaring als landbouwer. Velen waren afkomstig uit gegoedere stadsmilieus en waren niet gewend aan de zware lichamelijke arbeid die nodig was om een kolonie vanaf de grond op te bouwen. Naast de droogte, insectenplagen en een karig dieet, lag uitputting op de loer. En de winter moest nog komen. Vanuit Engeland werd een hulpvloot met goederen en extra handwerklieden richting de nieuwe kolonie gezonden, maar die kwam pas in 1608 aan. Tegen die tijd was een groot deel van de kolonisten al omgekomen door de ontberingen.   

De komst van de hulpvloot betekende niet alleen dat er nieuwe voorraden naar de kolonie werden gebracht, maar ook dat er meer monden te voeden waren. En dus waren de problemen allerminst opgelost. Sterker nog, ze werden nu ook politiek. Een deel van de Duitse arbeidslieden die met de hulpvloot meekwam, verliet de kolonie en voegde zich bij de lokale stammen, mét al hun gereedschap en wapens. Er ging een gerucht dat de Spanjaarden de nieuwe kolonie aan zouden vallen en de Duitse arbeiders wilden samen met de lokale Powhatan bevolking meedoen met die aanval. De aankomst van een nieuw Engels schip voorkwam dat Spaanse verkenners de Powhatan en de kolonie konden bereiken, waardoor de aanval nooit plaatsvond. Maar wel hadden de kolonisten er dus een politiek probleem bij.

Al met al was er nog een hulpmissie nodig. De Engelse koning James I vaardigde in mei 1609 een bevel uit voor een nieuwe hulpvloot, van maarliefst negen schepen sterk. Daarmee zouden voldoende goederen richting de nieuwe wereld gezonden moeten worden, maar zou er in geval van onlusten ook meteen veel vuurkracht aanwezig zijn. De vloot kreeg echter te maken met slecht weer. Een aantal schepen ging ten onder in de storm, de overlevenden strandden in Bermuda, waar de schepen maandenlang bleven liggen. De kolonie bleef verstoken van de hulpgoederen waar zo veel behoefte aan was en de winter van 1609-1610 werd in de kolonie bekend als de ‘Starving Time’, een hongerwinter.

Hongersnood

In 2013 ontdekte onderzoekers de gruwelijke details van deze hongersnood. Onderzoek naar botten en gebitten van andere kolonisten liet zien waartoe de kolonisten in staat waren. Tand- en snijafdrukken wijzen op kannibalisme. Waarschijnlijk aten de kolonisten hun overleden broeders en zusters op om een eigen hongerdood te voorkomen.

Native Americans als vriend én vijand

Tijdens de dramatische winter stierven meer dan 100 inwoners. In de lente arriveerden eindelijk voorraden. Ook kwam er versterking. Het gevaar was echter nog verre van geweken. De conflicten met de lokale stammen escaleerden en er waren steeds vaker gevechten die in 1614 uiteindelijk tot een oorlog tussen de Powhatan en de kolonisten leidde. Alleen de gijzeling en later een huwelijk tussen kolonist John Rolfe en Indianenmeisje Pocahontas kon de gemoederen enigszins tot rust brengen, hoewel de verhoudingen uiterst gespannen bleven. En zelfs dat huwelijk kon niet verhinderen dat het een tweede keer tot een grote oorlog kwam. In 1622 kwam het tot een grote aanval van indianen, waarbij driehonderd kolonisten omkwamen en een groot deel van de kolonie met de grond gelijk werd gemaakt.

Eindelijk een hoopvolle toekomst

De kolonie leed al die jaren verliezen en ging zelfs failliet in 1624, waarna de Engelse koning het charter uit 1607 nietig verklaarde en de kolonie overnam. De kolonisten bleven nog lang afhankelijk van de hulp uit Europa en er was nog een grote vierde hulpmissie nodig om de kolonisten van militaire maar vooral humanitaire hulp te voorzien. De kolonisten deden hun uiterste best om hun nederzettingen te verdedigen tegen de aanvallen van de Powhatan. Intussen groeide de kolonie enigszins. Buiten de hoofdplaats Jamestown werden nederzettingen gesticht, waar iets succesvoller gewassen verbouwd konden worden. Ook probeerden de kolonisten met enig succes de tabaksplant te introduceren. Het zou nog jaren duren voordat de tabak op grote schaal verbouwd zou gaan worden en de plaatselijke economie opbloeide.

De nagedachtenis blijft

Virginia was één van de 13 oorspronkelijke Britse koloniën. De Amerikaanse folklore gaf de eerste kolonisten een heldenrol. Het waren de hardwerkende en vrijheidslievende Britten die de oceaan overstaken naar een beter leven. Samen met de puriteinse kolonisten van de Plymouth Colony zijn de kolonisten van Jamestown de bekendste kolonisten van Brits-Amerika. Nog altijd dienen deze personen als voorbeeld voor alle Amerikanen. De herinnering is een onderdeel geworden van Amerikaanse cultuur, en is vereeuwigd in het feest van ‘Thanksgiving’. De kolonie overleefde en bracht Amerika voort.

Het huidige onderzoek naar de resten van de Amerikaanse kolonisten laat zien hoe belangrijk deze herinnering blijft. Al is het misschien meer een mythe. Meer weten over de opgravingen in Jamestown? Lees hierover op Archeologieonline.nl.

Ook interessant: 

Landen: 

Tijdperken: 

Onderwerpen: 

Vergeten D-Day: Italië, 1943

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 4 april 23:59 u. een abonnement.

De wieg van de Zijderoute

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 4 april 23:59 u. een abonnement.

Covers OA

Iedere maand meeslepende en prachtig geïllusteerde verhalen over de geschiedenis van Amsterdam.

cover GM3

Het extra dikke nummer van Geschiedenis Magazine verschijnt omstreeks 18 april. Neem vóór donderdag 4 april 23:59 u. een abonnement om dit nummer zonder verzendkosten te ontvangen. 

Ga mee op ontdekkingstocht naar archeologische vindplaatsen in binnen- en buitenland!

GM 2 cover - nu in de winkel

Het tweede nummer van 2024 is verschenen. Koop dit nummer bij een kiosk of boekhandel bij jou in de buurt