Marie Antoinette op middelbare leeftijd

Marie Antoinette en haar uitspraak “Laat ze dan cake eten”

De Franse koningin Marie Antoinette zei aan het begin van de Franse Revolutie "Hebben ze niet genoeg brood? Laat ze dan cake eten!" Deze uitspraak werd een symbool voor haar onverschilligheid ten opzichte van de Franse bevolking. Maar heeft Marie Antoinette werkelijk zoiets gezegd?

Terwijl het Franse hof zich vermaakt met luxueuze feesten en de collectie juwelen van Marie Antoinette royaal aanvult, ontstaat er een schaduw over het koninkrijk. Frankrijk heeft een economisch dieptepunt bereikt en de armste mensen uit Parijs marcheren in 1789 naar Versailles. Als Marie Antoinette haar amuseert aan de speeltafel, uit brieven blijkt namelijk dat Marie Antoinette een zwak had voor gokken, klinken er gedempte stemmen. Ze kijkt nog even op naar haar gezelschap, besluit het kansspelen even aan de kant te schuiven en verplaatst zich naar het dichtstbijzijnde raam. Volgens het Duitse sprookjesboek van Erich Kästner vergroten haar ogen bij het aanzien van de grote groep protesterende mensen.  “Wat willen ze?”, vraagt ze al draaiend aan een hoge officier. “Uwe Majesteit, ze willen brood, ze hebben honger”, antwoordt de hoge officier. De koningin weet niet wat ze hoort, draait zich verbaasd weer terug naar het raam en kijkt neer op de menigte. “Als ze niet genoeg brood hebben, dan eten ze maar cake”, reageert Marie Antoinette aldus hetzelfde sprookjesboek als ze het raam haar rug toekeert.

De reputatie van Marie Antoinette

Marie Antoinette werd in 1774 koningin van Frankrijk, maar kreeg in het oog van de Franse bevolking al snel een slechte reputatie. Ze zou te veel geld uitgeven, iets wat bij de bevolking in het verkeerde keelgat schoot. Frankrijk ondervond voedseltekorten en stijgende prijzen voor dagelijkse benodigdheden. De armen leden honger, maar bij Marie Antoinette zou het alleen maar gedraaid hebben om dure sieraden, mode en theater. Tijdens haar tijd aan het Franse hof raakte ze ook in meerdere schandalen verwikkeld. Een bekende is de diamanten-halssnoeraffaire. Naast de diamanten-halssnoeraffaire ontstonden er al snel allerlei wilde verhalen over het losbandige leven van de koningin. Er verschenen talloze pamfletten en vlugschriften – in het Frans Libelles – met daarin de wildste verhalen over de koningin. Vooral de verhalen over het seksleven van de koningin vonden gretig aftrek. Die verhalen lieten zich nog het best omschrijven als pornografie. Het is daarom misschien niet compleet absurd dat de koningin in verband werd gelegd met de anekdote. Toch is de uitspraak een geheel eigen leven gaan leiden.


Het beste van IsGeschiedenis in je inbox? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief! Helemaal niks missen? Volg ons op Facebook!


De oorsprong van het verhaal

De uitspraak “Qu’il mange de la brioche!”, “laat ze dan cake eten!” verscheen als eerste in het jaar 1769 waar de anekdote werd beschreven in memoires van Jean-Jacques Rousseau, nu bekend als ‘Les Confessions’, ‘De bekentenissen’. Hij schrijft daarin over een ‘grote prinses’ die zich op een bepaalde manier heeft uitgelaten over de hongerlijdende Franse bevolking. De prinses wordt niet bij naam genoemd, maar het is onwaarschijnlijk dat hij Marie Antoinette bedoelde, aangezien zij op dat moment nog kind was en helemaal niet in Frankrijk verbleef toen Rousseau zijn autobiografie schreef in 1766.

Andere vrouwen van adel

Hoewel Rousseau beweerde dat Marie Antoinette een cynische reactie gaf, is de koningin niet de enige aan wie deze beschuldiging werd toegeschreven. In het revolutionaire Frankrijk waren er ook een aantal momenten van grote voedseltekorten met oproer tot gevolg. Meerdere vrouwen van adel kregen het toen ook al te verduren.  Het citaat werd meestal toegeschreven aan een tante van Marie Antoinette: Madame Victoire. Koning Lodewijk XVIII (1814-1824) schreef in zijn memoires een soortgelijke anekdote toe aan de moeder van Marie Antoinette: Marie-Thérèse van Oostenrijk.

Het toeschrijven van het verhaal aan Marie Antoinette

De eerste bron die Marie Antoinette in verbinding brengt met de uitspraak, was in het werk van de Franse auteur Alphonso Karr uit 1843. Karr noemt de uitspraak: “een gerucht dat tegen de koningin in omloop wordt gebracht”. Dat was ongeveer 50 jaar nadat Marie Antoinette onder de guillotine werd gelegd. Andere geschreven getuigenissen bestaan nauwelijks, in de 19e eeuw werd de uitspraak vooral mondeling doorgegeven. In de 20ste eeuw, en dan vooral sinds 1930, wordt de uitspraak door literaire werken verspreid.

Zo werd in het jaar 1931 het Duitse sprookjesboek ‘Püncktchen und Anton’ gepubliceerd dat werd geschreven door Erich Kästner. Volgens het boek zou Marie Antoinette de uitspraak ‘laat ze dan maar cake eten’ geroepen hebben tijdens de Oktoberdagen, de mars van de Parijse vrouwen naar Versailles in 1789. Ze zou uit het raam gekeken hebben en de schreeuwende menigte hebben horen roepen: “We hebben geen brood!”

Ook zou de koningin volgens het sprookjesboek van Erich Kästner toevallig uit het raam hebben gekeken, maar in werkelijkheid werd zij waarschijnlijk naar het balkon geroepen door de demonstrerende vrouwen uit Parijs. Het is namelijk niet gebruikelijk dat een koningin toevallig, uit gewoonte of uit een alledaagse bezigheid uit het raam keek. Ze zou daarnaast ook vergezeld zijn door een hoge officier, Markies de Lafayette. Dit schikte het sprookje niet helemaal en dus heeft Kästner de historische feiten net iets veranderd, zodat het beter bij het verhaal past. Door de populariteit van het boek is het geen verrassing dat het verhaal generatie op generatie is doorgegeven.

Portret van Marie Antoinette

Marie Antoinette kreeg niet alleen de beschuldiging van de anekdote naar haar toegeslingerd, zoals gezegd was haar reputatie ronduit slecht. Haar tegenstanders vormden bijna een monsterlijk karakter voor hun koningin. Zo zou ze lesbisch zijn en ze zou haar zoon hebben misbruikt. Uiteindelijk kwam er angst voor vrouwelijke dominantie door de meerdere aanvallen op Marie Antoinettes vrouwelijkheid. Een lesbische Marie Antoinette werd een schrikbeeld voor de revolutionairen.

De uitspraak in India, Letland en Frankrijk

Ondanks dat de uitspraak “Qu’il mange de la brioche!” dus vooral wordt geassocieerd met Marie Antoinette, dan wel de Franse adel, zijn er ook van andere historische vorstenhoven soortgelijke verhalen bekend. Zo is er in India, Bombay, in de twintigste eeuw een verhaal over de kroonprins gevonden. Hij zou tijdens een hongersnood in de provincie Gujarat hebben geroepen: “Waarom zijn ze niet thuisgebleven en hebben ze khoja en suiker gegeten?”

Ook in de 16e eeuw, het tijdperk van de Reformatie, zijn er varianten van de uitspraak gevonden. De Boerenoorlog (1524-1525) werd gezien als de voorloper van de Franse en Communistische Revoluties. In de boeken ‘Das Ander theyl der Garten gesellschafft’ die zich afspelen tijdens de Duitse Boerenoorlog (1524-1525) en in de ‘Epitome Historiarum’ komen situaties voor die doen denken aan de Oktoberdagen in Parijs: hongerige mensen die bij de machthebbers smeken om voedsel. Het ‘laat ze dan cake eten’ stond tijdens de Boerenoorlog bekend als ‘laat ze dan stront eten’.

Ook uit Letland komt er een variant van de uitspraak. Baltische-Duitsers, etnisch Duitse inwoners in Letland, hadden alle macht en rond het midden van de 19e eeuw waren zij zo machtig dat Letse boeren haast geen grond meer konden kopen of bezitten. Wanneer dit wel werd toegelaten, konden de meesten de exorbitante prijzen die de Duitsers vroegen, niet betalen. Er was vanzelfsprekend kritiek op de Duitse bovenklasse die de boeren vertelde: “Eet wit brood met boter of eet restjes vlees van gisteren”. Het behoeft nauwelijks uitleg dat witbrood en vlees voor de allerarmsten luxeproducten waren.

In Frankrijk zou de elite in de 18e eeuw hooi, gras en kool stengels hebben aangeraden als vervanging van brood. Een voorbeeld hiervan is de uitspraak van algemeen financieel controleur Joseph François Foulon. Vlak voor de bestorming van de Bastille in 1789 zou hij de volgende uitspraken gedaan hebben: ‘Als ze honger hebben, laat ze dan gras grazen’ en ‘Geduld! Laat me minister worden en ik zal ze hooi laten eten, mijn paarden eten het ook’. Twee zinnen waarin hij het volk van Parijs minachtend vergeleek met een kudde dieren. Nadat hij ook nog ‘Ik zal ze dwingen brood te eten voor vijf stuivers per pond, anders moeten ze hooi eten’ en ‘Frankrijk moet gemaaid worden’, had geroepen, is Foulon slachtoffer geworden van een lynchpartij die niet lang na de bestorming van de Bastille plaatsvond.

De betekenis van de uitspraak

Er kan gediscussieerd worden over de interpretatie van de uitspraken die Marie Antoinette en de andere vrouwen van adel gedaan zouden hebben. Was het cynisme, onwetendheid of dwaasheid? In literatuur werden vrouwen vaak neergezet als dom of eenvoudig van geest. Zo zou er bij koningin Marie-Thérèse van Oostenrijk en Madame Victoire vrij weinig in het hoofd omgaan.

Naast deze onwetendheid en domheid, werden vooral de omstandigheden bekritiseerd. Zo beweerde de Duitse schrijver Kästner in een verhaal uit 1931 dat Marie Antoinette niet op de hoogte was van het lijden van het volk. De Franse schrijver Henry de Montherlant was daarentegen weer van mening dat de uitspraak gemeen bedoeld was. Maar eigenlijk weet niemand of de koningin simpelweg dacht dat cake even duur was als brood.

Samen met het idee om de hoge klasse belachelijk te maken, werd het belachelijk maken van vrouwen een uiting van sociale kritiek, maar ook een middel om agressie te ontladen én uiteindelijk kon het ook gebruikt worden als wapen door politieke oproerkraaiers.

Meerdere opvattingen van de uitspraak

Het opleggen van de uitspraak ‘laat ze dan cake eten’ is een uiting van sociale kritiek of een manier om historische figuren te karakteriseren. Zo worden er al vergelijkbare spreekwoorden gevonden in de Middeleeuwen. Daarnaast is het niet duidelijk of het noemen van cake ten opzichte van brood als iets van meer of minder waarde wordt gezien. De Duitse spreekwoordenverzameling van Wander laat dit goed zien: ‘Sommigen eten taart omdat brood te duur is’, ‘Eet taart zolang er geen brood is’, ‘Oude taart is beter dan helemaal geen brood’ en ‘Als er geen taart is, smaakt brood’. 

Het verhaal van Marie-Antoinette werd naarmate tijd verstreek steeds ingewikkelder en de politieke en persoonlijke feiten achter vele roddels werden lastig onthouden. De zin ‘laat ze dan cake eten’ werd een samenvatting van de belangrijkste kwalen van het revolutionaire en pre-revolutionaire tijdperk. Waar aan anderen dezelfde zin werd toegeschreven, werd het bij hen mondjesmaat vergeten en werd het tot een paar hoofdpersonen teruggebracht. En zo wordt Marie-Antoinette nog altijd herinnerd aan de zin: ‘Qu’il mange de la brioche!’

Bronnen:

Ook interessant: 

Rubrieken: 

Landen: 

Personen: 

Tijdperken: 

Onderwerpen: 

Jan van Schaffelaar

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 16 mei 23:59 u. een abonnement.

Lees het eerste jaar Geschiedenis Magazine extra voordelig én kies een welkomstcadeau!

Meld je nu aan voor onze nieuwsbrief. 

Ga mee op ontdekkingstocht naar archeologische vindplaatsen in binnen- en buitenland!

Covers OA

Iedere maand meeslepende en prachtig geïllusteerde verhalen over de geschiedenis van Amsterdam.

Olympias, moeder van Alexander de Grote

Lees het komende nummer van Geschiedenis Magazine. Neem vóór donderdag 16 mei 23:59 u. een abonnement.